Accueil

Collega's met ervaring

01/03/2021
Medewerkers Katja, Hamayoun en Alaa weten wat het is om asielzoeker te zijn, want ze waren het zelf ooit …

10, 25 en 37 jaar oud waren ze toen ze de onveiligheid van hun land ontvluchtten. Katja vertrok samen met haar familie; Hamayoun alleen. Alaa’s gezin zou zich later met hem herenigen. Terwijl Alaa tijdens de Syrië-crisis van 2015 al snel als vluchteling werd erkend, wachtten Katja en Hamayoun ongeveer een jaar op het verlossende antwoord. In afwachting verbleven beiden in een opvangcentrum voor asielzoekers.

Hoe het voelt om asielzoeker te zijn

Ik heb me heel lang geschaamd dat ik ‘niet van hier’ was; dat kon je ook aan mijn taal horen; zegt Katja. “Ik heb als kind lang verdriet gehad dat ik mijn land heb moeten verlaten; ik voelde me eenzaam, en niet thuis.” Hamayoun beaamt dit gevoel. “Het is niet zo gemakkelijk in woorden te vatten: ik voelde mij vol verdriet, teleurstelling en gemis.” Toen Alaa in het bootje stapte besefte hij: “ik laat alles achter en zal me moeten aanpassen aan een nieuw land, cultuur, taal en tradities.” 
Professionele troeven

Eind goed, al goed. Katja, Alaa en Hamayoun werden als vluchteling erkend, werkten hard om hun Nederlands onder de knie te krijgen en gingen aan de slag bij Fedasil. Hun bijzondere ervaringen leverden hen enkele professionele troeven op. Zo wordt de 7-talige (!) Hamayoun vaak ingeschakeld als tolk of culturele bemiddelaar. Katja, die de minderjarige jongeren zonder ouders begeleidt in het centrum, vond haar roeping en studeert orthopedagogie bij in de avonduren. “Ik weet wat het is als alles nieuw en onbekend is, wat het is om je ouders en familie te moeten missen. Dat maakt je als mens heel geduldig”. 

Voorbeeldfunctie

Of zij denken een voorbeeldfunctie te hebben? “Door – met professionele afstand - te vertellen over mijn eigen parcours slaag ik er soms in om een bewoner gerust te stellen als de frustratie en onzekerheid te veel wordt”, vertelt Alaa. Katja: “Ik ben niet meer beschaamd om "niet van hier" te zijn. Ik hoop dat het ook een boost mag geven aan de jongens die ik begeleid: “als zij het kan, kunnen wij dat ook”. En daar geef ik ze volledig gelijk in!”