Home

Klachten en beroepen

Klachten

Elke bewoner van een opvangstructuur kan een klacht indienen indien hij niet tevreden is over de leefomstandigheden in de opvangstructuur (zoals de veiligheid, het respect voor het privéleven, de infrastructuur enz.) of de toepassing van het huishoudelijk reglement. 

De klacht wordt behandeld in de opvangstructuur zelf en binnen de 7 kalenderdagen moet een schriftelijk antwoord gegeven worden. 

Indien de klager niet tevreden is over het antwoord of indien hij geen antwoord heeft gekregen, kan hij zich per brief of per e-mail in het Nederlands, het Frans, het Duits of het Engels richten tot de regiodirecteur Noord of Zuid die, door een volwacht, bevoegd is om een antwoord te geven op de klacht binnen de 30 kalenderdagen. 

Indien de klager niet tevreden is over het antwoord van de regiodirecteur, kan hij zich wenden tot de Federale Ombudsman. 

Beroepen

Elke bewoner van een opvangstructuur kan een beroep indienen tegen:

  • Sancties met betrekking tot de beperkte toegang tot bepaalde niet-essentiële diensten, de verplichting om werken van algemeen belang uit te voeren en de schrapping of vermindering van het zakgeld (zoals omschreven in art.45, 4, 5, 6 van de opvangwet) 
  • Een beslissing met betrekking tot de medische begeleiding genomen door de arts van de opvangstructuur (art. 25§5 van de opvangwet).

Het beroep moet gericht zijn aan de Directeur-generaal van Fedasil, en dit enkel schriftelijk in het Nederlands, Frans, Duits of Engels. De omstandigheden van de betwiste beslissing moeten vermeld worden (vb: kopie van de beslissing indien deze bestaat of inhoud en datum van de beslissing die mondeling meegedeeld werd). Het beroep moet toelichten waarom de beslissing betwist wordt en een kopie van het beroep moet aan de opvangstructuur bezorgd worden. 

  • Brief: 
    Fedasil - ter attentie van de directeur-generaal
    Kartuizersstraat 21 - 1000 Brussel
  • Brief (ondertekende en gescande kopie): 
    info@fedasil.be

De klager ontvangt eerst een ontvangstbevestiging en binnen de 30 kalenderdagen vanaf de indiening van het beroep, een beslissing.